Betekenis: een mythologische voorstelling van een gezicht, afgebeeld met een platte neus en spitse oren die op kleine horens lijken.
Een sater is een soort halfgod die in de bossen en de velden leefde. Hij vergezelde Dionysus, ook bekend onder de naam Bacchus, op zijn uitgelaten drinktochten.
Op veel panden uit de 16e en 17e eeuw vind je op de hoeken van de gevel of geheel boven in de gevelspits een afbeelding van een saterkop.
Men plaatste deze afbeeldingen omdat ze in het menselijk bijgeloof boze geesten zouden weren.